Choon-Piew Pow : Securing the ‘Civilised’ Enclaves: Gated Communities and theMoral Geographies of Exclusion in (Post-)socialist Shanghai. 

De tekst die ik hier zal bespreken is er een over gated communities. Ik zie dit dan ook als voorbeelden van evil paradises: het idee van de open stad verliest meer en meer terrein tegenover de angst van rijke mensen die hun geluk, rijkdom en veiligheid willen bewaren tegenover de lagere klassen. Wie veel heeft, heeft natuurlijk ook veel te verliezen. Dit heeft dus ook te maken met de steeds groeiende kloof tussen arm en rijk. Gated communities leiden volgens mij tot steeds grotere polarisering tussen arm en rijk.

Choon-Piew Pow’s tekst is een interessante studie van gated communities in Shanghai, omdat hij focust op de morele bijklank van die gated communities. Hij stelt dat territoriale verdeling van Shanghai gebaseerd is op een moreel onderscheid tussen de ‘stedelijke’ en de ‘landelijke’, meerbepaald op de morele notie van ‘beschaafdheid’. Zo een morele hiërarchie zorgt ervoor dat klasse en sociale uitsluiting gedepolitiseerd wordt, en dat de verdediging van luxe en privileges anders geformuleerd wordt, namelijk binnen het kader van een beschaafde levensstijl en moraliteit.

De bewoners van gated communities zijn bang voor indringers van ‘inferieure kwaliteit’. Dit zijn de grote stromen goedkope arbeidskrachten die de stad binnendringen vanuit het platteland, op zoek naar werk. De middenklasse dankt zijn rijkdom onder andere aan de  werkwilligheid van deze ‘onbeschaafde boeren’, maar is er tegelijk bang van: ze bouwen hoge muren en beveiligde poorten met slagbomen om er zeker van te zijn dat enkel ‘beschaafde’ mensen hun elitaire paradijsjes kunnen betreden. Dit gaat gepaard met een rechtvaardigend discours van morele superioriteit en beschaafdheid, waardoor ze de uitsluiting van ‘lagere mensen’ kunnen verdedigen. In de eerste plaats doen ze dat omdat ze bang zijn: de onbeschaafde boer is verantwoordelijk voor de criminaliteit in de stad, en die moet dus buitengehouden worden. Hij is een bedreiging voor hun beschaafde levensstijl, die afgeleid wordt uit de luxe en privileges die de rijke klassen kunnen tentoonspreiden.

Gated communities worden dikwijls beschouwd als ‘stedelijke pathologie’(Davis 1990) als gevolg van de ‘versplinterde urbanisatie’ (Graham en Marvin 2001). Ook worden ze gezien als een symptoom van de toenemende privatisering van publieke ruimte, met op het eind de volledige vernietiging van onze samenleving zoals we die kennen. We gaan naar een volledig gescheiden leefwereld waar elites en rijken zich constant moeten beveiligen tegen de anderen die hun rijkdom en veiligheid bedreigen. Dat deze problematiek zo sterk tot uiting komt in een ‘communistisch’ land als China doet het ergste vermoeden. Waar zijn Marx’ idealen gebleven?

De gated communities zijn volledig in strijd met de basiselementen die modern stedelijk leven vormgeven, namelijk openheid en vrijheid van beweging. De hoge meterslange muren er rond doen me een beetje denken aan de Chinese muur: die werd ook gebouwd om de barbaren buiten te houden. Nu zijn er miljoenen mini-Chinese muren rond elke gated community over de hele wereld. Barbaren bedreigen ‘beschaafde’ rijke elites…

  Pow Choon-Piew (2007). Securing the ‘Civilised’ Enclaves: Gated Communities and theMoral Geographies of Exclusion in (Post-)socialist Shanghai, in Urban Studies, 44:8, 1539-1558 Davis Mike (1990). City of Quartz. Londen. Vintage Books. Graham S. & Marvin S. (2001) Splintering Urbanism: Network Infrastructures, Technological Mobilities and the Urban Condition. Londen. Routledge.